(Deel 2)
Wel, het is met oprechte trots dat deze Belgische Canadees kan zeggen dat hij eindelijk een Belgisch vlaggetje heeft gevonden. Als je het begin van mijn relaas leest, kan je zien dat mijn volgende geplande stop een Hollands winkeltje moest zijn.
En daar ben ik dan ook naartoe gereden. In het centrum van Guelph, dus ongeveer een kwartiertje rijden en makkelijk te vinden, al lijken parkeerwachters zich hier als konijnen voort te planten, dus voorzichtig maar. In dat winkeltje een gesprek bijna alleen maar in het Nederlands gehad, een zeldzaamheid in Canada - bleek dat ze toch alleen maar de oranjevlaggetjes hadden. Samen met, wat had je gedacht, oranje T-shirts, ondergoed, bikini's, brillen en brol. Maar, werd me verteld, ik moest gewoon wat verderstappen naar Soccer Fanatic, een winkeltje waar ik nog niks van wist, dat ook eigendom was van een Nederlander, en die dat zeker moest hebben.
Hartelijk bedankt natuurlijk, nog het beste gewenst tegen de kangoeroes, en weg was ik. Soccer Fanatic was inderdaad nog geen 5 minuten wandelen, en ze hadden die inderdaad.
"Heb er nog 1! Ik herinner me dat goed, want een Duitser had die vast en ik moest hem corrigeren, hij had de verkeerde vast."
En wie zei dat verdwaalde Bavarianen niet bestaan? Bijna had er ene mijn enige Belgische vlag geannexeerd. De prijs dan.
"10 dollar."
"Dubbel?" vraagt de gierige Belg.
"Ja, sorry, wij slaan alleen maar de betere kwaliteit in. Niks van die $5-tankstation vlaggetjes. We zijn een soccerwinkel, dus 'garbage' kunnen we niet inslaan."
Zowaar kwaliteit ook. Wappert met stijl, verwelkt minder snel, is goed voor de volgende twintig jaar. Gaat misschien langer mee dan Belgium zelf. Een investering in ons Belgisch team. Allemaal argumenten om dus niet te gaan bakkeleien met die vriendelijke Nederlandse Canadees. Hij moet tweede of derde generatie zijn, spreekt Engels zonder accent, en dat kan alleen maar bij de kinderen of kleinkinderen, want zelfs hun taalknobbels hebben een accent, vooral omdat ze denken dat ze er geen hebben. Surprise, die soort chronische laryngitis krijg je er niet uit. Of om het met linguistiek-fonemen te zeggen: rochelproblemen met de huig, onbeademde ploffers op de t, en het uitspreken van 'v' als 'f' en 's' als 'sj'. Sjonge toch. Niet deze jongen dan toch; hij moet zowaar wat Boergondisch bloed hebben, misschien een Zeeuw; een van die kwaliteits-Nederlanders die huivert bij Heineken en grijnst bij Grolsch. Mijn Canadese afkomstradar is echter niet zo detail-geijkt, en ik heb geen tijd om te blijven plakken: parkeerkonijntjes op de loer.
Ik moet natuurlijk onmiddellijk denken aan wat mijn vader op die prijs zou te zeggen hebben, net zoals hij de wenkbrauwen deed dansen toen mijn werkgever eens Nederlands was: "Als nen Ollander u niet d'raan gedaan heeft, is't dat'ie 't is vergeten."
"Veel success met Belgium! Als de Russen maar dat kunnen zoals tegen de Koreanen, zitten jullie goed!"
"Veel mooiere match ook van jullie tegen Spanje. Ik hoop dat onze gasten uit de jetlag komen voor die match tegen de Russen."
O hoe lieflijk zijn Belgen en Nederlanders tegen elkaar. En weg zijn we. Vlaggetje trots gemonteerd, en voor het eerst ben ik zo clandestien Belgisch niet meer in Canada. Nu maar hopen dat het een tijdje mag blijven wapperen. Als Lukaku wat bewendiger wordt, als Witsel in de juiste richting trapt, als Dembele van zijn caroussel springt, als Vertongen zijn handen thuishoudt, als Hazard uit zijn lenteslaap ontwaakt, en... Komaan. We scheppen er moed in. De zon schijnt, ze hebben gewonnen, het gras is groen en Spanje ligt eruit.
En het duivels vlaggetje wappert. De stijl, die zit er aan te komen.